Stad van steen of Stad van groen?
Natuur & Milieu heeft onderzoek gedaan naar de verstening van de openbare ruimte in de 32 grootste gemeenten van Nederland met de titel Stad van steen?
De focus van dit onderzoek ligt op het groen in de publieke ruimte in de directe woonomgeving. Hier wonen de mensen en zoeken ze op korte afstand van hun huis groen. Hier moeten hittestress en wateroverlast worden voorkomen. Deze gebieden zijn ook belangrijk voor de instandhouding van de biodiversiteit, en niet alleen voor soorten die afhankelijk zijn van gebouwen. Door deze afbakening vallen tuinen, andere private ruimtes en ook het buitengebied buiten de scope van dit onderzoek. Er zijn alleen buurten meegenomen met ten minste vijfhonderd woningen (aparte woonadressen). Hierdoor blijven buurten met een minder stedelijk karakter en maar enkele woningen buiten beschouwing. Voor Delft betekent dit dat niet meegenomen zijn de recreatiegebieden Delftse Hout, Ackersdijk, Abtswoude, Kerkpolder en alle bedrijventerreinen.
In het onderzoek zijn twee normen gebruikt. De eerste is de hoeveelheid publiek groen die per woning beschikbaar is in de buurt. Daar waar veel mensen wonen, kan het behoorlijk druk worden in het groen. In de Nota Ruimte is een ondergrens genoemd voor het minimale oppervlak publiek groen per woning: 75 vierkante meter. De tweede norm is de aanwezigheid van een groengebied van minimaal 1 hectare. Voor de biodiversiteit en voor ontspanning en welzijn van mensen is het ook van belang dat het groen aaneengesloten is. De WHO adviseert om dit effectief te bereiken, dat er minstens 1 hectare nodig is. In dit onderzoek is gekeken welke buurten minimaal 1 hectare aaneengesloten groen hebben. Wanneer buurten niet aan minimaal één van deze normen voldoen, spreekt het rapport van versteende buurten.

Delft blijkt, met 36 versteende buurten van de 50 buurten te scoren als vijfde meest versteende grote gemeente van Nederland, zie ook de tabel hierboven.
Vrij kort daarvoor is Delft in de Groene Stad Challenge als de op een na groenste stad van Nederland uit de bus gekomen. Bij de Groene Stad Challenge wordt niet gekeken per buurt, maar meer naar gemiddelde cijfers voor de hele gemeente. Het oordeel is gebaseerd op een aantal criteria zoals het oppervlak groen in verhouding tot het gehele oppervlak van de gemeente binnen de bebouwde kom. In Delft bestaat 49 % van dit oppervlak uit groen. Daarnaast de verdeling van dit groene oppervlak in bomen (22 %), struiken (4 %) of gras (23 %). Bij het bepalen van de ranking krijgt het oppervlakte bomen een weegfactor van 5, het oppervlak struiken een weegfactor van 2 en gras een weegfactor 1. Verder wordt gekeken naar de verdeling van het oppervlak groen per inwoners naar openbaargroen en privé groen. Delft heeft 83 m2 groen per inwoner, waarvan 62 m2 openbaar en 21 m2 privé groen. En als laatste de NVDI-score: vegetatie gebruikt een groot deel van het zichtbare licht voor fotosynthese waardoor dat licht nauwelijks wordt teruggekaatst. Door middel van een satelliet kan dit worden bepaald. Versimpeld kan gesteld worden dat hoe meer water er in bladeren van planten aanwezig, hoe hoger de score en hoe gezonder de vegetatie is. Op basis van de combinatie van deze criteria is Delft tweede geworden van de 48 deelnemende Nederlandse steden.
Beschouwing
Het onderzoek van Natuurlijk & Milieu en het onderzoek van de Groene Stad Challenge hebben een verschillende focus. Of Delft een stad van steen is of een stad van groen hangt af van de focus of de eigen voorkeur.
De focus van het eerste onderzoek ligt op het groen in de publieke ruimte in de directe woonomgeving. Hier wonen de mensen en zoeken ze op korte afstand van hun huis groen. Hier moeten hittestress en wateroverlast worden voorkomen. Dit spreekt ons meer aan dat dat van het tweede, namelijk al het groen op gemeenteniveau.
Bij het tweede onderzoek is de grens van de bebouwde kom erg bepalend. Dat in Delft een aantal sportparken en een deel van het Delftse Hout binnen de bebouwde kom worden gerekend zorgt dat Delft hoger eindigt. In het tweede onderzoek spreekt ons bijzonder aan de verschillende waardering voor de verschillende vormen van groen. Bij het bepalen van de ranking krijgt het oppervlakte boom een weegfactor van 5, het oppervlak struik een weegfactor van 2 en gras een weegfactor 1. Niet al het groen heeft een even grote positieve uitwerking op mens en omgeving. Het grote belang dat aan bomen wordt geven stemt komt overeen met onze voorkeur voor bomen boven struiken of gras. Zo maken ons al jaren sterk voor bomen met een volle kruin langs de gracht, ook in ons gebied met een hoge grondwaterstand.