Geen vakantieverhuur in woonruimten
Woningen die geen woning meer zijn, maar permanent verhuurd worden voor kort verblijf: het komt voor in de Delftse binnenstad. Wat BBN betreft geen goede zaak. Het zorgt voor extra druk op de woningmarkt. Schaarse woningen zijn niet meer beschikbaar, maar worden onttrokken aan de woningvoorraad. De woningprijzen kunnen verder onder druk komen te staan, omdat kopers door de andere exploitatiemogelijkheden bereid zijn veel meer te bieden voor een pand. En het is niet goed voor de sociale samenhang van de buurt. Die laatste is ook al het geval doordat de nodige woonruimten gebruikt worden voor tijdelijke verhuur van kamers en kleine appartementen aan studenten en expats. Permanente verhuur als vakantiewoning zorgt niet alleen voor allerlei ongewenste effecten, maar is ook illegaal. De Huisvestingsverordening en het bestemmingsplan staan dit niet toe.
Een in 2018 verkocht pand in de Houthaak dat sindsdien permanent via vakantieverhuur werd verhuurd was aanleiding 11 april een handhavingsverzoek in te dienen (zie hier). Niet alleen vanwege dit concrete geval, maar ook omdat we vrezen dat dit gebruik alleen maar verder gaat toenemen, vanwege de groei van het toerisme en de bekendheid van AirBnB.
Het heeft even geduurd, en nadat de gemeente ons op 13 juni 2019 meldde ons verzoek met 8 weken te verdagen bleef het stil, maar op 16 augustus ontvingen wij – na nogmaals te hebben herinnerd – een reactie.
Op basis van onderzoek ter plaatse en digitaal onderzoek constateerde ook de gemeente dat de woning, via het internetplatform AirBnB, al geruime tijd voor steeds kortdurende perioden is verhuurd. En dat dit niet mag volgens het bestemmingsplan en de Huisvestingsverordening 2015.
De gemeente heeft contact opgenomen met de eigenaar van het pand, en deze heeft aangegeven dat hij de geconstateerde activiteiten af zal bouwen en de woning per 1 september 2019 zal verhuren door middel van een huurcontract waardoor de huurder van de woning zich kan inschrijven in de Basisregistratie personen. Dit betekent dat een (toekomstig) inwoner van Delft zich kan huisvesten op het adres.
Daarmee heeft ons handhavingsverzoek naar het zich laat aanzien effect gehad. Het pand gaat weer gebruik worden als woning. En het is verder duidelijk dat structurele vakantieverhuur binnen de woonbestemming in de binnenstad niet mag.
Dat is een belangrijk signaal aan andere particuliere beleggers. Onze mooie stad Delft is niet een verdienmodel voor vastgoedeigenaren en huisjesmelkers, maar moet in de eerste plaats een plek zijn waar Delftenaren prettig kunnen wonen.
Mocht u in de buurt ook een woning kennen, die nu structureel in de vakantieverhuur is, geef dat door via bestuur@binnenstadnoord.nl.