Evaluatie Mobikes naar gemeenteraad
Mobikes zijn huurfietsen uit China. Anders dan bij andere huurfietsen, zoals OV-fiets, hoef je de fiets niet terug te brengen naar de plek waar je hem gehuurd hebt. Je kan hem overal achterlaten, en daar is hij dan beschikbaar voor een nieuwe huurder; free floating wordt dat genoemd. Mobike gebruikt de openbare ruimte als plek waar de fietsen te huur worden aangeboden. En omdat dat overal is, en na verhuur de huurder zich niet meer verantwoordelijk voelt voor de fiets, kunnen de fietsen voor verrommeling zorgen en soms op onmogelijke plekken geparkeerd staan. Het bedrijf kan ingrijpen, en de fietsen – die continu gevolgd worden door het bedrijf en dus te tracken zijn – dan op een meer logische plek neerzetten. In Delft mogen deelfietsen zonder vergunning worden aangeboden in de openbare ruimte. De gemeente kan dus geen sturing en grip uitoefenen op deze fietsen, anders dan via vrijwillige afspraken met de aanbieder.
Voor de huurder lijkt het gebruik van de Mobike relatief goedkoop op kortere afstanden, in vergelijking tot bijvoorbeeld OV-fiets. Dat zal samenhangen met de lage kwaliteit van de fiets (bv vergeleken met OV-fiets), het feit dat door de verhuurder niet betaald hoeft te worden voor een opslagruimte voor de fietsen (ze staan immers te huur in de openbare ruimte) en de extra inkomsten omdat Mobike persoonlijke gegevens die verzameld worden van de gebruikers die de app hebben geïnstalleerd kan doorverkopen. De gebruiker merkt alleen het eerste; de andere twee effecten raken hem slechts indirect of op termijn. Als je de fiets meerdere keren per dag gebruikt nemen de kosten toe: Mobike kost 1 euro voor de eerste 20 minuten; een OV-fiets huur je voor 3,85 per 24 uur. Je kan de kosten beperken door een abonnement te nemen; voor 12 euro per maand kan je onbeperkt gebruik maken van Mobikes. Ter vergelijking: studenten in Delft kunnen voor 13,50 een persoonlijke fiets huren die altijd klaar staat en gerepareerd wordt, de SWAP-fiets (met de herkenbare blauwe banden).
Een Mobike gebruik je via een app. Zo kan je via de app zien waar in de openbare ruimte een fiets “te huur” staat, zorgt de app dat je betaalt voor het gebruik van de fiets, en kan de app je een boete opleggen, als je je fiets parkeert op een plek waar Mobike vindt dat je niet mag parkeren.
Evaluatie
Onder het kopje “Doel evaluatie” is het volgende te lezen:
“Deelfietsen en andere vormen van deelmobiliteit zijn nog volop in ontwikkeling. Dit biedt kansen, maar er bestaan ook risico’s. Deelfietsen kunnen een bijdrage leveren aan het stimuleren van fietsen in de stad en daarmee aan de bevordering van duurzame mobiliteit en de mobiliteitstransitie. Maar er zijn ook risico’s: deelfietsen kunnen namelijk impact hebben op het gebruik van de openbare ruimte. Deze nota betreft een evaluatie van de ervaringen van de deelfietsenpilot van Mobike in Delft.”
Helaas maakt de evaluatie dit doel niet waar.
Evaluatie: gebruik
“Deelfietsen kunnen een bijdrage leveren aan het stimuleren van fietsen in de stad en daarmee aan de bevordering van duurzame mobiliteit en de mobiliteitstransitie”.
Een hierbij passende onderzoeksvraag is of meer mensen de fiets hebben gepakt door het aanbod deelfietsen, en welk vervoermiddel ze hebben laten staan.
Deze cruciale vraag wordt in de evaluatie niet beantwoord. Wordt er meer gefietst? Worden daardoor minder duurzame alternatieven (auto, brommer) minder gebruikt? De evaluatie vertelt ons er niets over. We zien alleen wat beperkte generieke informatie over het gebruik van de deelfiets. Over hoeveel er staan (gemiddeld 700). Over het aantal ritjes per fiets per dag (1,6). Over de gemiddelde afstand per rit (minder dan 3 km). Maar niet over hoe het ritje anders was gemaakt. Met een OV-fiets? Met een eigen fiets? Met de benenwagen? Was iemand met de auto gekomen als hij niet wist dat er een Mobike op hem te wachten stond? Gegeven de constatering dat de meeste ritjes van en naar de campus zijn, en de meeste gebruikers studenten, is het niet erg waarschijnlijk dat de Mobike een minder duurzaam vervoermiddel vervangt. Hebben veel gebruikers een dan een maandabonnement, en gebruiken ze de Mobike in plaats van een tweede fiets die anders gestald zou zijn in de stationsstalling? Belangrijke vragen, die de evaluatie onbeantwoord laat. De deelfietsaanbieders zelf zien het niet alle zo. Van de Loock van deelfietsaanbieder Jump stelt in het Dagblad van het Noorden (23.10.2019): “Wij zien Jump niet als een vervanging, maar als een aanvulling. Stel dat je 5 of 6 kilometer moet fietsen en het waait hard, dan kun je een elektrische fiets gebruiken. Je zet de fiets weg op de plek waar je moet zijn, en dan is het gedaan. Mensen zoeken naar die flexibiliteit”
Toch concludeert de evaluatie:
“De pilot met Mobike laat zien dat deelfietsen in Delft in een reële mate voorzien in een mobiliteitsbehoefte.” Qua taal een interessante zin: kan iets ook in een irreële mate voorzien in een mobiliteitsbehoefte?
Ook stelt de evaluatie:
“Een groei naar drie ritten per fiets per dag is mogelijk. Deze groei is te verwezenlijken door de voordelen van free-floating en virtuele docking stations (dit zijn zones binnen specifieke gebieden opgenomen in de app waar fietsen geparkeerd moeten worden) te combineren. Met virtuele docking stations staan fietsen dichter bij veel gebruikte of strategische locaties.”
Dat is natuurlijk geen conclusie, maar een aanbeveling. De empirische onderbouwing hiervan ontbreekt in de evaluatie. Er zijn immers geen gebruikers geïnterviewd. De aanbeveling is echter om een andere reden niet gek: als Mobikes slechts op enkele plekken worden aangeboden en moeten worden teruggezet, zal de overlast in de openbare ruimte beperkt kunnen worden. Net als bij OV-fiets. Den Haag en Amsterdam hebben dit inmiddels tot beleid gemaakt.
Overigens: de gebruikscijfers van de deelfietsen die in de evaluatie staan zijn niet door Mobike ter beschikking gesteld, want Mobike wenst geen gebruikscijfers te delen met de gemeente; de gebruikscijfers in de evaluatie zijn afkomstig uit een masterscriptie van een TU-student.
Evaluatie: effecten op openbare ruimte
“Maar er zijn ook risico’s: deelfietsen kunnen namelijk impact hebben op het gebruik van de openbare ruimte”, aldus de tekst onder ‘doel evaluatie’.
Een hierbij passende onderzoeksvraag is: staan Mobikes vaak op plekken geparkeerd waar al een tekort is aan fietsparkeerplekken? Staan Mobikes vaak op de plekken waar is afgesproken dat ze niet mogen staan (de Markt, Stationsstalling van Delft)? En: zorgen Mobikes voor verrommeling?
Dit soort vragen wordt nauwelijks beantwoord; er wordt slechts gekeken naar meldingen van burgers. De gemeente heeft naar aanleiding van de meldingen 65 Mobikes verwijderd; in 58 gevallen stonden de fietsen bij station Delft. Een analyse mist in de evaluatie. En dat is gek: de app zou gebruikers een boete opleggen die in een no parking zone zoals het station parkeren. Is die boete van 10 euro onvoldoende hoog? Hebben gebruikers niet door dat ze een boete krijgen? Of werden de boetes niet altijd opgelegd? En kan de gemeente de kosten van het weghalen van de fietsen verhalen op Mobike? Relevante, maar helaas onbeantwoorde vragen.
Hoe nu verder?
De gemeente concludeert het acceptabel te vinden dat Mobike in Delft actief blijft. Wel constateert de gemeente dat andere aanbieders van deelvoertuigen ook interesse hebben in Delft. De gemeente constateert dat dit kan leiden tot een groter beslag op de schaarse openbare ruimte. Terecht punt; wel schokkend te lezen dat ‘schaarste’ van de openbare ruimte wordt uitgelegd omdat de ruimte nodig is voor parkeren, terrassen en aanbieden van afvalcontainers. Alsof de openbare ruimte niet meer functies heeft voor bewoners en bezoekers, waaronder toeristen. En ook schokkend dat de gemeente hier verder zelf geen keuzes in maakt, en het grotendeels aan Mobike en de gesprekken met Mobike laat hier invulling aan te geven. De mogelijkheid als gemeente vanuit de publieke rol kaders te stellen wordt vooralsnog niet gebruikt.
De evaluatie schuift beslissingen vooral weer door. De gemeente wil in 2020 gaan nadenken hoe in de toekomst om te gaan met Mobike en nieuwe aanbieders van deelvoertuigen uitgezonderd deelauto’s. Hierin wil ze ook betrekken hoe meer sturing en grip kan worden uitgeoefend op het aanbieden van deelvoertuigen uitgezonderd deelauto’s in de openbare ruimte. Nu o.a. deelsteps en deelscooters de trottoirs in andere steden bevuilen, is dit toch een erg voorzichtige reactie. Waarom worden geen lessen getrokken uit die ervaringen? Rotterdam voert per 1 januari 2020 een vergunningensysteem in, waarin o.a. maximale aantallen zijn geregeld. Den Haag en Amsterdam beperken het aantal uitgifte- en teruggavepunten. Amsterdam gaat werken met ontheffingen, na een deelfietsverbod; er is ruimte op plekken waar het openbaar vervoer slecht is.
Wat vindt u van de Mobikes?
Wat het bestuur betreft:
- komt er op korte termijn zo’n vergunningensysteem om tijdig te kunnen reageren op andere aanbieders en de aantallen te kunnen beheersen
- wordt het verbod om Mobikes te stallen in de al overvolle ondergrondse stallingen van station Delft gehandhaafd; daar is verder ook prima openbaar vervoer naar de campus
- is station Delft Campus de plek voor Mobikes (want hier is geen openbaar vervoer naar de campus!) maar ook daar mag het niet ten koste gaan van de stallingsmogelijkheden voor andere gebruikers
- komt er een maximaal aantal locaties waar je een deelfiets kunt huren en weer moet teruggeven, en kan je een deelfiets straks niet meer overal laten staan.
Maar wat vindt u ervan? Dat willen wij graag weten.Laat het ons weten via het contactformulier op de website of via een mailtje naar bestuur@binnenstadnoord.nl. Bij voorbaat dank.