Herstelplan Delft in balans en de binnenstad
Wegens het meerjarig tekort op de programmabegroting 2021-2024 staat Delft sinds 1 januari 2021 onder preventief financieel toezicht van de provincie. Daarom eist de provincie een financieel herstelpan. Het herstelpan ‘Delft in balans’ is afgelopen dinsdag door de gemeenteraad vastgesteld. Nu dat is gebeurd, is de verwachting dat de provincie Delft niet langer onder preventief toezicht laat staan.
Taakstelling
Voor het herstelplan is het tekort in de Programmabegroting 2021-2024 het uitgangspunt. Hier zijn actuele ontwikkelingen aan toegevoegd, met name de Najaarsrapportage 2020, gemeentefondscirculaires, reeds genomen besluiten en de te verwachte ontwikkelingen in het sociaal domein. De totale taakstelling staat in onderstaande tabel.

Met de effecten van de coronacrisis is geen rekening gehouden omdat is aangenomen dat dit incidentele lasten betreft waarvoor dekking beschikbaar is via de compensatiepakketten van het Rijk en het niet-bestemde deel van de algemene reserve. Pas het nieuwe kabinet maakt keuzes over de herijking van het gemeentefonds (vanaf 2023), de compensatie van tekorten in de Jeugdhulp, de financiële positie van gemeenten en de aanpak van de corona- c.q. economische crisis. Daarom is ook hiermee is geen rekening gehouden bij het opstellen van het herstelplan.
Effect herstelplan voor de binnenstad
Uit de tabel hierboven blijkt dat het tekort in 2021 veel groter is dan dat in 2024. Daarnaast zullen diverse bezuinigingsvoorstellen niet direct maximaal geld opleveren, maar pas op termijn van enkele jaren, 2024 dus. Het verschil wordt bijgepast uit de algemene reserves.
De bezuinigingen zijn gevonden op diverse aandachtsgebieden zoals ‘Apparaatslasten’ en ‘Materiële kosten’. Daarnaast zijn er ook maatregelen voorzien die meer inkomsten genereren. Onderstaand wordt voor het jaar 2024, dus het moment waarop de bezuinigingen hun maximale effect hebben bereikt, per aandachtsveld het totale bezuinigbedrag gegeven en indien van toepassing het bezuinigonderdeel daarvan dat direct, herkenbaar de binnenstad raakt. De bedragen zijn in duizend Euro’s.
Apparaatslasten, totaal 2.900
Betreft loonkosten en opleidingskosten gemeentepersoneel, alsmede inhuur.
Materiële kosten, totaal 387
Betreft apparatuur en het onderhoud van gemeentelijk vastgoed, samenhangend met geplande verkopen. Daarmee lijkt de investering in het gemeentelijk pand van waaruit het Rietveldtheater opereert voorlopig buiten schot te blijven.
Subsidies, totaal 1301, waarvan
DOK 400. Een aantal van de taken moet op een andere wijze worden ingevuld of moet mogelijk vervallen.
Opmerking: De raad stemde unaniem in met de motie Hou DOK overeind van Hart voor Delft. Hiermee is het college de opdracht gegeven om samen met DOK/OPEN onder meer het personeelsbestand en de openingstijden tegen het licht te houden en te onderzoeken hoe ondanks het verminderen van de subsidie de jeugdprogramma’s kunnen doorgaan.
38 CC 180. De subsidie wordt volledig afgebouwd.
Opmerking: De raad stemde in met een amendement van GroenLinks, ChristenUnie, Hart voor Delft,SP, D66, PvdA en STIP om de subsidie met slechts € 30.000 te verlagen.
Verbonden partijen, totaal 906, waarvan
ParkerenDelft – lagere DVO-vergoeding 211. Er is sprake van beleidsversobering waarbij de gemeente voor de exacte invulling die start per 2023 ParkerenDelft zal vragen om voorstellen te doen in relatie tot de eigen prioriteiten in de uitvoering. Wat ons betreft mag dit niet leiden tot minder controle op toegang tot het autoluwplusgebied of parkeren zonder vergunning.
Beleidsversobering en overige verlaging van uitgaven, totaal 414, waarvan
Besparing verkamering 40. Op basis van de huidige ervaring en inschatting van komende jaren (incl. de invoering woningvormingsvergunning) acht het college een besparing van € 40.000 mogelijk. Voor ons is belangrijk dat niet bezuinigd wordt op de bemiddelende rol van de gemeente bij overlast van bestaande studentenpanden.
GOR schoontaken verlagen 100. Een deel van de verdere uitrol van gedifferentieerd beheer wordt niet uitgevoerd. Verschillende maatregelen die al voorgenomen zijn zoals het zagen van bosplantsoen, drijfvuil verwijderen in de binnenstad en buitenwatersloot en het reinigen van stegen en poorten worden niet uitgevoerd. Hier maken we ons zorgen over, omdat er ook zonder deze maatregel al merkbaar meer sprake is van zwerfafval.
Duurzaamheid klimaatadaptatie 35. Dit betreft een verminderde inzet op het klimaatadaptief maken van de openbare ruimte. Dit is een zorgpunt, omdat hier ook in de binnenstad uitdagingen liggen om hittestress verder tegen te gaan. De bezuiniging mag niet ten koste van dit nog prille beleid gaan.
Toezicht fietsparkeren verminderen 34. Toezicht op fietsparkeren wordt verminderd. Via gedragsbeïnvloeding en communicatie (campagnes) wordt beter parkeergedrag gestimuleerd. BBN maakt zich zorgen dat weesfietsen zo nog langer schaarse fietsparkeerplekken in gebruik blijven houden.
Inkomsten, totaal 470, waarvan:
Inkomsten als gevolg van beleid toeristische verhuur van woningen 30. Zodra het beleid voor toeristische verhuur van woonruimte is vastgesteld, zal ook deze groep bezoekers toeristenbelasting gaan betalen. Opmerkelijk dat de gemeente tot nu toe hier kennelijk niet op toezag, want dat was altijd al verplicht. Nieuwe wetgeving maakt via een registratieplicht handhaving straks wel makkelijker. Wel moet opgepast worden dat toeristische verhuur een verdienmodel voor de gemeente wordt en daardoor meer dan wenselijk is wordt toegestaan.
Hogere baten toeristenbelasting m.i.v. 2024 via tariefsverhoging 250. Per 2024 vindt een geschatte verhoging van het tarief met 30% tot 35% plaats om invulling te geven aan deze ombuiging van € 250.000. Dat betekent een tarief voor overnachting in hotels van rond de € 4,10 en voor overnachtingen op campings rond € 1,10 per persoon per nacht.
Financiële keuzes en oplossingen, totaal 1809
Dit betreft opwegend dekking uit de algemene reserves.
Conclusie
Het is opvallend dat in het hele herstelplan de OZB niet wordt genoemd, blijkbaar is dit onderwerp taboe. Wel wordt melding gedaan van de verhoging van de reinigingsheffing met ingang van 2022. Dit is niet het gevolg van de bezuinigingen, maar het effect van een hogere afvalstoffenbelasting die het rijk afvalverwerkers voor restafval in rekening brengt en de hogere kosten van het nieuwe contract om restvuil te laten verwerken. De bezuinigingen die een rechtsreeks, herkenbaar effect kunnen hebben op de binnenstad gaan om relatief kleine bedragen, maar deze kunnen een relatief groot effect hebben.
In de toelichting bij het herstelplan staat:
“De voorgestelde keuzes zijn nu voldoende om de huidige meerjarenbegroting sluitend te krijgen en een voldoende robuust herstelplan aan te bieden aan de provincie. Een tweede stap zetten we in de Kadernota 2021. We kijken dan opnieuw naar het totaal aan inkomsten en uitgaven. De vele stedelijke opgaven waar Delft voor staat om het voorzieningenniveau op peil te houden of te brengen (deels wel en deels niet vertaald in de begroting), vragen behoorlijke investeringen met bijbehorende kapitaallasten. Deze kunnen wij naar de toekomst toe onvoldoende dragen. Daartoe zal een nadere afweging worden gemaakt van inkomsten en uitgaven bij de Kadernota.”
De kadernota is de start van de begrotingsbesprekingen 2022- 2025 en wordt in juni verwacht. Wij kunnen dus meer bezuiniging of lastenverhoging verwachten.
Voor het herstelplan “Delft in balans” klik hier.