Fietsparkeerbehoeften en bijbehorende oplossingen duidelijk in kaart gebracht

Royal HaskoningDHV heeft in opdracht van de gemeente Delft het rapport ‘Toekomstbeeld fietsparkeren Delft’ opgesteld. Met dit rapport wordt inzichtelijk gemaakt wat de huidige en toekomstige fietsparkeerbehoefte is voor de binnenstad. Ook wordt per (deel)gebied inzichtelijk gemaakt welke stallingsvoorzieningen nu en tot 2040 nodig zijn voor de diverse doelgroepen en op de verschillende momenten. Aan de hand van scenario’s wordt in beeld gebracht wat de te verwachten investerings- en exploitatiekosten zijn. Wij gaan nader in op het rapport.

Wensbeelden en bezoekerswensen
Het rapport maakt onderscheid tussen verschillende functies: van de binnenstad: uitgaansgebied, winkelgebied en een meer woongebied. Afhankelijk van de stedenbouwkundige en ruimtelijke wensen hoort daar een passend wensbeeld van het fietsparkeren bij. Dit kan variëren van nergens tot overal, al dan niet met speciale fietsparkeervoorzieningen. Het wensbeeld bepaalt mede welk type stalling op een locatie nodig is. Zie onderstaande afbeelding voor de wensbeelden in de binnenstad (klik op de afbeelding voor een vergroting).

Inzoomende op BBN-gebied, is het wensbeeld uit dit rapport dat voor het grootste deel het basisniveau wordt nagestreefd. Voor het kernwinkelgebied, Nieuwe Langendijk, Vlouw en Papenstraat worden hogere eisen gesteld. En de Choorstraat, Voldersgracht en het Doelenplein zouden alleen voor kortparkeren mogen worden gebruikt. Op de Markt mogen geen fietsen geparkeerd worden.

Mensen bezoeken de binnenstad met verschillende motieven. Soms heel kort (runshoppen), soms heel lang (theaterbezoek). De behoefte voor een veilige stalling varieert dan ook; iemand die ‘s avonds de fiets lang parkeert heeft meer behoefte aan een veilige plek dan iemand die snel boodschappen haalt in de supermarkt. Daarnaast verschillen de gebruikte fietsen ook nog sterk van elkaar: van een eenvoudige studentenfiets tot elektrische bakfiets. Daarom is per deelgebied bepaald met welke voorzieningen (zoals een fietsparkeervak of pleintje met een aantal rekken en/of nietjes) het fietsparkeren gefaciliteerd kan worden om aan te sluiten bij de stallingsbehoefte van de doelgroep en het wensbeeld.

Fietsparkeerbehoefte en oplossingen
Voor het bepalen van de huidige fietsparkeerbehoefte is een telling uitgevoerd waarbij de binnenstad is verdeeld in deelgebieden. De behoefte in 2040 is de huidige behoefte plus een verwachte groei per deelgebied. In woongebieden en bij de studentensociëteiten is de verwachte groei 25%, omdat de ruimtelijke groei van het aantal woningen en sociëteiten beperkt is. In het hart van de binnenstad, waar de meeste activiteiten en bezoekers zijn, is deze 75%. In gebieden waar een mix is tussen de twee, wordt 50% aangehouden.

De parkeerbehoefte hoeft niet per individueel deelgebied opgelost te worden. Bij bewaakte stallingen wordt ervan uitgegaan dat men bereid is verder te lopen tot de bestemming, maximaal 400m. Daarom zijn er vier grootschalige bewaakte stallingen voorzien. De doelgroepen hiervoor zijn voornamelijk bezoekers aan de stad (motieven winkelen, cultuur en recreatie en horeca), mogelijk ook bewoners en werknemers. De stallingen liggen op relatief korte afstand van elkaar, en liggen op logische aanrijroutes richting de binnenstad om de fietsers af te vangen. Er is rekening gehouden met dubbelgebruik. Als voor het ene deelgebied bijvoorbeeld de zaterdag het drukste moment is, en voor het andere deelgebied de donderdagmiddag, dan kan de capaciteit van de stalling waar beide gebruik van maken, lager zijn dan de optelsom van het drukste moment van beiden.

 

In de afbeelding hierboven is de totale opgave tot 2040 weergegeven. De zwarte lijntjes zijn daarin de verschillende deelgebieden, waar afzonderlijk de behoefte voor is bepaald. In de afbeelding staan vier grootschalige stallingen (5.000 plaatsen), en de pop-upstallingen (1.200). Verdeeld over de hele binnenstad zijn 1500 plaatsen voorzien in overige geclusterde voorzieningen en 800 in kleinschalige voorzieningen.

Totaal gaat het om 8.500 fietsparkeerplaatsen. Op de locaties waar het wensbeeld geen fietsparkeren op straat meer toelaat, is rekening gehouden met het verdwijnen van de huidige voorzieningen. Per deelgebied is de vraag naar geclusterde voorzieningen zoveel mogelijk ondergebracht in een van de vier grootschalige stallingen, waarbij rekening is gehouden met loopafstanden en aanrijroutes. Een aantal deelgebieden ligt te ver weg van de grootschalige stallingen (met name in de woongebieden, waar de maximale loopafstand vaak korter is). Per deelgebied moeten dus nog de overige geclusterde voorzieningen ondergebracht worden. Het betreft in totaal nog 1.500 fietsparkeerplekken.

Voor BBN gebied betekent dit dat ten noorden van de Choorstraat gedacht wordt aan een stalling van 1650 plaatsen, en aan het begin van de Nieuwe Langendijk ook een stalling van 1050. Op de laatste plek is ook een pop-upstalling voorzien.

Kostenindicatie
Op basis van het aantal benodigde fietsparkeerplaatsen, type stallingen en kostenkengetallen is een inschatting gemaakt van de totale kosten. Er worden twee scenario’s onderscheiden:

  • Scenario 1. Hierbij wordt uitgegaan van geclusterde fietsenstallingen in bestaande huurpanden (met plek voor 100 fietsen per stalling, totaal bijna 5.000 fietsparkeerplekken) en op pleintjes (ruim 1.500 fietsparkeerplekken). Kleinschalige fietsparkeerplekken zijn nietjes of beugels (circa 800 fietsparkeerplekken extra ten opzichte van huidig). Overige zijn pop-upstallingen (uitgaande van 7 locaties, 1 keer per week). Bij dit scenario gaat het om bijna 6 miljoen aan investeringskosten en jaarlijkse kosten van bijna 14 miljoen.
  • Scenario 2. Hierbij wordt uitgegaan geclusterde fietsenstallingen in ondergrondse stallingen (met plek voor 500 fietsen per stalling) en in buurtstallingen. Kleinschalige fietsparkeerplekken zijn nietjes of beugels (circa 800 fietsparkeerplekken extra ten opzichte van huidig). Overige zijn pop-upstallingen (uitgaande van 7 locaties, 1 keer per week). Bij dit scenario gaat het om bijna 12 miljoen euro aan investeringskosten en jaarlijkse kosten van ruim 7 miljoen euro. De jaarlijkse kosten vallen aanzienlijk lager uit bij scenario 1 doordat minder personeel nodig is bij grotere stallingen.

Reactie college
In een volgend artikel zullen wij ingaan op de reactie van het college op het rapport Toekomstbeeld fietsparkeren Delft

Voor het rapport Toekomstbeeld fietsparkeren Delft klik hier.

geplaatst op
29 april 2023